Reinhard Kleist is een klinkende naam in het Duitse striplandschap, niet in de laatste plaats door zijn bekroonde biografische werk over countrymuzikant Johnny Cash en de joodse boxer Hertzko Haft. Afkomstig uit het Rijnland woont hij sinds een jaar of twintig in de Duitse hoofdstad. Daar komt hij, zoals veel gevestigde inwoners en nieuwkomers met regelmaat in aanraking met curieuze, soms opmerkelijk sterke verhalen vol couleur locale. ?Berlin ist voll von Geschichte und Geschichten!? luidt de obligate maar waarheidsgetrouwe slogan op de achterkant van deze verzameling Berliner Mythen. Op amper negentig bladzijden zijn zeventien Berlijnse verhalen bijeengebracht. Taxichauffeur Ozan onthaalt opeenvolgende passagiers, getriggerd door hun bestemming of persoon, op bonte anekdotes uit het stedelijk verleden. Een enkele keer gaat hij daarvoor terug naar de achttiende of negentiende eeuw maar zijn gespreksstof berust grotendeels op de ruimschoots gevarieerde geschiedenis van de twintigste eeuw. Het politieke en culturele verleden wordt met oog voor detail verteld en biedt steeds een persoonlijke en daarmee intrigerende ingang tot een historische setting van breder belang. Grootheden als Marlene Dietrich en David Bowie zijn na lezing even vertrouwd als Erwin, een jongeman waarvan de achternaam ongenoemd blijft, die in de hoogtijdagen van de Koude Oorlog genoodzaakt was dagelijks met een Brits militair konvooi langs de DDR-grens naar school te reizen. De variatie aan personages draagt sterk bij aan het opnieuw tot leven roepen van uiteenlopende voorvallen. De pakkende tekenstijl lijkt de lezer terug te voeren naar het schetsboek van Kleist; de subtiele inkleuring doet aan de directheid van zijn vakmanschap geen enkele afbreuk. Jammer is alleen dat de verzamelde illustraties op het omslag de wervingskracht missen van de verhalen in het boek.